Cliënt herkenbaar in Zorgbrede Governancecode?

De Zorgbrede Governancecode zal er volgend jaar anders uit zien. Nu ligt een consultatieversie voor. In de code is er veel aandacht voor onder andere de cliënt / patiënt. Eén van de punten in de code is het volgende: ‘De zorg- en dienstverlening komt tot stand in een dialoog tussen de zorgverlener en cliënt/patiënt, waar nodig samen met zijn verwanten.’. Een goede zaak dat de aandacht voor de kern van de zorg is opgenomen in de gedragscode voor de zorg. Een code van en voor de zorg, ter ondersteuning van de zorg en de maatschappij. Wat zal nu het effect zijn? Want nu het in de code staat, moet je je er op een bepaalde manier over verantwoorden. En de bedoeling achter de code is dat het ondersteunend is in het debat tussen de stakeholders en niet verlammend werkt omdat er ook over verantwoord moet worden.

Als één van de mogelijkheden is in de toelichting bij de code aangegeven dat er een uitwisseling van ‘best practices’ kan zijn. Juist in de kern van de zorg, de dialoog, is dat een practice van het moment. Met weinig gelegenheid om binnen dat moment aan een grondige voorbereiding te doen. De dialoog moet in het moment ontstaan. En dat zal vooral van de zorgprofessional moeten komen, de zorgconsument zal niet zelden overvallen zijn door wat hem of haar overkomt.

Eén van de recepten is weten wat de mens beweegt en wat de belangrijkste elementen van een goede dialoog zijn in de ogen van de zorgconsument. Bij voorkeur is de dialoog een dialoog die als vanzelf tot stand komt. Een dialoog kan voorgeschreven worden, maar daarmee is het nog niet een goede dialoog. Bevorderen van een goede dialoog. Dat kan deels op gevoel en gewoon door er te zijn. En ook door te weten wat goed scoort op tevredenheid en dat goed hanteerbaar te maken. En door je bewust te zijn van individuele verschillen.

Later meer over de code.